Als we mogen afgaan op de naam van onze tegenstander in elk geval wel. Want wie goed heeft opgelet tijdens de lessen Grieks, herinnert zich Hades vast nog wel als de meedogenloze god van de onderwereld. Heerser over het dodenrijk, maar ook de god van de rijkdom en de edele metalen. Of bij uitbreiding de hel zelve.
De naam stamt al uit de zestiger jaren van de vorige eeuw en behoorde oorspronkelijk toe aan een tegendraadse jeugdclub die een alternatief wilde bieden voor de traditionele katholieke jeudgdbewegingen van die tijd. Begonnen als Den Uil, werd het jeugdhuis als Hades pas echt een begrip in de wijde omgeving. Waarom precies voor de god van de onderwereld werd gekozen en wat de jeugd van Kiewit tijdens de sixties in die onderwereld uitspookte, daar hebben we enkel het raden naar.
In de volgende jaren ontstonden in de schoot van de jeugdclub een voetbalploeg (1968), een basketteam (1970) en een volleyball- en een handbalclub (1975) die alle de naam Hades overnamen. Ook de Racing Club die de hellegod sinds 1970 voorafgaat, staat er niet zomaar. De eerste sponsor was namelijk actief in het autoracen. Of hoe een eenvoudige clubnaam soms een heel verhaal in zich draagt.
Getriggerd door deze vreemde naam vroegen we ons af of er nog andere Belgische clubs naar goden, halfgoden of helden uit de klassieke oudheid vernoemd zijn. Enkele uren bladeren in het driedelige Lexicon der Clubs aangesloten bij de KBVB leverde een magere oogst op.
Laten we in eigen stad beginnen, waar SC Maccabi (201, 1920), de joodse club uit Hoboken, is vernoemd naar Jehuda haMaccabi, ofte Juda de Hamer. Een bijbelse figuur die in de tweede eeuw voor Christus de joodse opstand tegen de Grieken leidde. Het Chanoeka-feest herdenkt jaarlijks de herovering van de tempel in Jeruzalem door zijn leger. In de 19de eeuw ging het woord Maccabi symbool staan voor een sterke Joodse natie, maar ook voor de krachtige, sportieve jood. Sindsdien dragen tientallen joodse sportclubs over de ganse wereld de naam Maccabi, verenigd in de Maccabi World Union. Sinds 1932 vinden om de vier jaar de Maccabiah Games plaats, ook wel de joodse Olympische Spelen genoemd.
Een antieke held van dichter bij huis leverde de inspiratie voor Sporting Club Brabo Borgerhout. De club met stamnummer 366, opgericht in 1924, hield het amper acht jaar vol. Bij haar opdoeking in 1932 sloten nagenoeg alle leden zich aan bij … Berchem Sport.
Minerva Football Club (103, 1920-1932) en Minerve Sport et Athletic Club Anvers (495, 1925-1932) dragen dan wel de naam van de Romeinse godin van de wijsheid, ze ontlenen die in de eerste plaats aan de gelijknamige fiets- en autolmobielproducent die eertijds in de Karel Oomsstraat was gevestigd en waarvan zij de fabrieksploegen waren. Met onder meer de Berchemspelers Dries, Van Goethem, Claes en De Vos in de rangen was Minerva, mede-oprichter van het Sportverbond Antwerpens Handel, in de jaren ’20 één van de beste corporatieve clubs van het land.
Nu we toch een beetje aan het valsspelen zijn, kunnen we er net zo goed nog eentje bij doen. Scaldis Voetbalclub Anvers (66), opgericht in 1916 en opgehouden te bestaan in 1934, was een dochterclub van Antwerp FC. De clubnaam verwijst waarschijnlijk gewoon naar de rivier de Schelde, maar Scaldis is ook de grijs bebaarde riviergod waarmee ‘t Scheld op oude schilderijen wordt verpersoonlijkt. Een half puntje dus.
Nog een half puntje voor Victoria, een naam die op meerdere plaatsen voorkwam: Victoria FC Louvain (206), Victoria FC Zolder (497), Victoria FC Mechelen-aan-Maas (758), FC Victoria Wechelderzande (883)… Alle intussen al lang wijlen. Waarschijnlijk niet meer dan het Latijnse woord voor “overwinning”, maar Victoria was ook de gevleugelde Romeinse godin die die overwinning personificeerde. In Griekenland ging zij trouwens als Nike door het leven. Zo weet u meteen waar het sportmerk met de Swoosh zijn naam haalde.
Wel rechtstreeks uit de Griekse mythologie komen de talrijke Sparta’s. Je had er in Gent, Brussel, Zwijndrecht, Schaffen, Lille-Saint-Hubert, Ursel, Dikkebus en op nog een handvol andere plaatsen. In werkelijkheid zullen in de meeste gevallen eerder bekende buitenlandse voorbeelden tot inspiratie hebben gediend dan de legendarische stad in de Peloponnesos, of is het een gemeenzaam voorzetsel geworden waarvan men de ware betekenis al lang vergeten is, zoals Racing, Daring of Crossing. Idem voor de vele Olympische varianten (Olympia, Olympic, Olympique) die zelden bewust verwijzen naar de berg waar het zootje ongeregeld dat de Griekse goden waren samenhokte.
Die Olympische goden zelf hebben onze contreien grotendeel links laten liggen. Aan de boorden van de Rupel hield FC Apollo-Nielse (9446) het in 2012 voor bekeken. De god van de muziek houdt zich sindsdien in Limburg op, waar Football Club Apollo 74 Gellik (8416) op zijn hemelse bescherming kan rekenen. In dezelfde gemeente wordt ook de godin van het lot aanroepen bij de Koninklijke Fortuna 56 Smeermaas-Lanaken (6252). Jupiter Nokere (9261) hield in 2005 op te bestaan, maar vond in Sparta Ronse een uiterst geschikte partner waarmee het sindsdien als Koninklijke Sportvereniging Jupiter Nokere (4181) door het leven gaat.
THOR Waterschei (553) – voor de jongere lezers de voorloper van RC Genk – heeft dan weer niets te maken met de noordse dondergod. Thor stond oorspronkelijk voor Tot Herstel Onzer Rechten, een aanklacht tegen het Franstalige bestuur van de steenkoolmijnen. Omdat de Voetbalbond geen politieke of religieuze verwijzingen in clubnamen toeliet, veranderde de betekenis later naar Tot Heil Onzer Ribbenkast. Hetzelfde geldt voor THOR Kokerij Meldert (8126), dat voor het eerste deel van zijn naam leentjebuur ging spelen bij de Limburgers.
Een schrale oogst, zoals u merkt. Zeker vergeleken bij onze noorderburen waar de voorbeelden legio zijn. U denkt daarbij natuurlijk meteen aan Ajax. Dat dat niet enkel een wasproduct is, maar ook een held uit de Griekse oudheid, weet zowat iedereen sinds Brad Pitt in Troy (2004) aan zijn zijde tegen de Trojanen vocht. Maar wist u ook dat er behalve de vereniging uit Amsterdam nog 36 andere Nederlandse clubs de naam van de heldhaftige Griek droegen? Zijn kompaan in de Trojaanse Oorlog, de schier onoverwinnelijke Achilles (Brad Pitt dus), deed nog beter met meer dan 60 clubs. Maar Sparta, de stad die uiteindelijk als overwinnaar uit de Trojaanse oorlog kwam, spant de absolute kroon. Voor de Tweede Wereldoorlog werden in Nederland liefst 132 voetbalclubs opgericht met die naam. De bekendste huist al sinds 1888 in de Rotterdamse wijk Spangen.
En de Nederlanders beperkten zich niet tot het oeuvre van Homeros. Heracles, Hercules, Hermes, Xerxes, Fortuna, Titan, Victoria,… er draaft nog steeds een heel geschiedenisboek over de Hollandse velden. De reden voor deze overvloed aan klassieken ligt in het feit dat vele clubs rond de vorige eeuwwisseling ontstonden in de betere scholen, waar de personages uit de Griekse mythologie de film- en striphelden van nu waren. Ook de Latijnse namen van vele andere Nederlandse clubs vinden hun oorsprong in de lyceums. Velocitas, Concordia, Rapiditas, Celeritas,… Een fenomeen dat, op een dozijn Excelsiors na, in ons land ook al nauwelijks voorkomt. Nochtans kenden ook in ons land heel wat clubs hun oorsprong in colleges en waren het vooral schooljongens die het spelletje populair maakten. Maar bij ons ook geen Go Ahead Eagles, Telstar of Willem II. Geen Aanhouden Doet Overwinnen (ADO) of Door Wilskracht Sterk (DWS). Daarom is het altijd welgekomen om in onze eenheidsworst van VK’s, FC’s, SV’s, Sportings, Racings en VV’s eens bij een heuse godheid op visitie te mogen. Ook al is het dan in de onderwereld.