Geert Emmerechts is niet de enige trainer die dit seizoen terugkeert naar het Rooi. Marc Slootmans was eerder al drie jaar coach van de U19 en van Jong Berchem, tot een verschil in visie hem voor andere oorden deed kiezen. De nieuwe richting die Berchem Sport sindsdien insloeg sluit opnieuw helemaal aan bij hoe hij zelf over voetbal denkt. De hernieuwde samenwerking was dan ook snel beklonken.
Wat heeft de doorslag gegeven voor je terugkeer?
Marc: Tijdens mijn vorige periode bij Berchem Sport had ik een aantal voorstellen gedaan, zoals een nauwere samenwerking met de trainer van de eerste ploeg. Ik miste een schakel tussen het opkomend talent uit de jeugd en de hoofdtrainer. Een soort van begeleider of vertrouwenspersoon waardoor zowel jeugdspelers als –trainers zich ondersteund konden voelen, zonder de T1 er al te veel mee te belasten. De club was toen nog niet rijp voor dergelijke ideeën, maar intussen is er heel wat veranderd. Omdat Nico Van Uytsel, die dit seizoen met de beloften kampioen werd, doorschuift naar de post van T2, kwam de positie van beloftencoach vrij. Het is misschien vooral symbolisch, maar ik vind het ook niet onbelangrijk dat de beloftencoach voortaan “T3” wordt genoemd. Zo ontstaat er één rechtstreekse lijn van T1 over T2 naar T3, waarbij Nico de rol van verbindingspersoon op zich zal nemen. Geert Emmerechts toont zelf ook veel interesse in de jeugdopleiding. Anders had ik het nooit gedaan.
De voorbije seizoenen hebben we verschillende jeugdspelers in het eerste elftal zien debuteren, met wisselend succes. Een kritiek die je daarbij soms hoorde is dat veel van die jonge beloften na hun debuut nog weinig vooruitgang maakten.
Marc: Dat is een fenomeen dat je heel vaak ziet. Eens in de A-kern opgenomen worden jeugdspelers bij de meeste clubs niet meer op de juiste manier begeleid. Voetballen kunnen ze allemaal, maar op het mentale vlak zijn ze net op die leeftijd bijzonder kwetsbaar. De individuele begeleiding die daarvoor vereist is, ontbreekt meestal. Vergeet niet dat die jongeren op zo’n moment aan heel wat prikkels bloot staan. Opgenomen worden in de eerste ploeg, geld verdienen, de aandacht van pers en supporters, maar ook de onzekerheid en ontgoocheling over al dan niet mogen spelen, het zweven tussen twee ploegen, de beloften op vrijdag of zaterdag, bankzitten of invallen op zondag. En dat vaak nog in combinatie met studies… Met Berchem Sport willen we die fouten niet langer maken. Ik heb er alle vertrouwen in dat dat gaat lukken.
Brengt de naamswijziging van “beloftencoach” naar “T3” nog andere inhoudelijke wijzigingen met zich mee?
Marc: Als T3 zal ik ook mee betrokken worden in de trainingen van de A-kern. Zo zal ik onder meer samen met Geert en Nico de opwarming begeleiden. Op die manier leer ik de A-kernspelers kennen en zij mij en zorgt het ook voor continuïteit voor de jeugdspelers die doorgroeien.
Alles wijst erop dat amateurvoetbal in de volgende jaren flinke veranderingen zal ondergaan, hoe zie jij dat?
Marc: Dat zal niet alleen zo zijn in het amateurvoetbal, maar ook bij de profs. Bij Anderlecht bijvoorbeeld zie je al enkele jaren dat er veel meer met de eigen jeugd wordt gewerkt omdat men is gaan beseffen dat daar hun echte kapitaal ligt. Ook bij Berchem Sport is die beweging al even aan de gang. Wat nu geoogst wordt is het resultaat van jaren hard werk, waarbij U17 en U19 zijn meegegroeid met de beloften. We hadden ook het geluk dat we twee, drie lichtingen hebben gekend met goeie spelers. Die continuïteit is essentieel in een jeugdopleiding. Als er een paar slechte lichtingen tussen zitten, moet je opnieuw beginnen inkopen, zoals bijna alle ploegen veel te lang gedaan hebben. Belangrijk daarbij is ook om te proberen voorkomen dat er teveel spelers afhaken, iets wat onvermijdelijk is. Veel meer nog dan vroeger. Daarbij komt die mentale begeleiding alweer om de hoek kijken.
Je hebt ook voor andere clubs gewerkt. Wat kan Berchem Sport volgens jou uniek maken ten opzichte van andere clubs?
Marc: Het is belangrijk dat Berchem Sport een sterk handelsmerk wordt. Daaraan is men nu al enkele jaren aan het werken. Een kwaliteitslabel, waarbij men weet dat wij goed opgeleide spelers voortbrengen, elk op zijn niveau, die niet alleen voetbaltechnieken aangeleerd krijgen, maar ook de nodige waardes en discipline meekrijgen. Dat is een taak waar wij als trainers voor moeten zorgen. Maar het gaat ook verder dan dat. Natuurlijk hopen we in de eerste plaats spelers voort te brengen die het tot het eerste elftal kunnen brengen, maar niet iedereen gaat daar geraken omdat men de voetbalcapaciteiten niet heeft, omdat men er de nodige tijd niet voor kan of wil vrijmaken, omdat men er gewoon de ambitie niet voor heeft en andere keuzes maakt in het leven. Ook voor die jongeren moeten wij zorgen dat ze op de juiste plaats terechtkomen, op het niveau en in de club die het best bij hen passen. Dat kan bij een Berchem B zijn, maar ook bij één van onze satellietclubs of voor de besten zelfs naar een Anderlecht waarmee we samenwerken. Zodra bij iedereen duidelijk is dat je bij Berchem Sport de kans krijgt om door te groeien naar het team waarin je je als speler het best kan ontplooien afhankelijk van je eigen capaciteiten, gaat het vanzelf veel makkelijker worden om beloftevolle spelers van 16-17 jaar aan te trekken. Ik sta alvast te popelen om er weer aan te beginnen.